Het was allemaal zo mooi begonnen. Vorige week werd de grote zaal van het verbouwde Zwolse poppodium ingewijd met een inventief en intelligent optreden van het Belgische rockinstituut dEUS. Koud zes dagen later wordt die sacrale atmosfeer alweer verpest door een Brabantse walm die opstijgt als openingstrack Zeeën Van Tijd het luchtruim kiest. Twee avonden lang is Guus Meeuwis de koning van een tot de laatste plaats bezet Hedon. Karakterloze flutpop van een aanbeden volksheld verweekt de zoete herinnering aan een groots openingsconcert.
Guus in huis halen is een lucratieve aangelegenheid. Theaters, clubs en stadions lopen moeiteloos voor hem vol. Maar waarom? Wat is zijn geheim? De vlakke uitstraling van de Tilburger kan onmogelijk de oorzaak zijn. Wie hem observeert, ziet een modale veertiger die op routine een klusje klaart. Guus Meeuwis doet in Zwolle geen stap te veel en werkt zonder zich al te nadrukkelijk in te spannen de door-de-weekse setlist af. Guus is koel, zonder cool te zijn. Is dat het?
Zijn laatste album Het Kan Hier Zo Mooi Zijn is een bundeling van kleurloze feel-good songs. Met de zevenkoppige begeleidingsband speelt hij er een stuk of negen van. De één klinkt als een vervelende Bløf-pastiche (Nooit Meer Hetzelfde), de ander als een povere hommage aan één van zijn helden Bruce Springsteen (Doe De Gordijnen Dicht). In de gezapige treurnis van vederlichte melodieën (Armen Open) en alledaagse sentimenten rond vriendschap (Vrienden) en geluk (Simpelweg Gelukkig Zijn), valt de authentiek huilende steelgitaar in Nieuwe CD op een positieve manier uit de toon. Maar het is een druppel op een roodgloeiende plaat van publieksvriendelijke middelmatigheid.
Gezien: Hedon Zwolle 13/2. Ook 14/2.
Nog te zien: Orpheus Apeldoorn 14/3 en 15/3.