De frontman van het Belgische powerrocktrio Triggerfinger is op de solotoer. De liedjes van zijn album Looking To Glide, maar ook die van zijn band heeft hij daarvoor ‘uitgekleed’.
“Normaal heb ik een goed gezelschap achter me, maar nu zit het goede gezelschap pal voor me.” Zanger/gitarist Ruben Block knipoogt naar het publiek. Applaus – het ijs is al na het eerste nummer gebroken. Het volgepakte zaaltje in het Drentse Nijeveen kent de charismatische Antwerpenaar als voorman van de rockband Triggerfinger. Maar nu staat hij in zijn eentje op het podium. Slechts vergezeld door een paar gitaren en een bescheiden versterkertje.
Vorig jaar bracht Block zijn eerste soloalbum Looking To Glide uit. Hij wilde even weg uit de sleur van een rockband. “Ik was toe aan wat anders, muziek maken met een andere bestemming”, vertelt hij in de kleedkamer voorafgaand aan het optreden. “Natuurlijk proberen we met Triggerfinger ook nieuwe dingen uit, maar je weet waar je ongeveer uit gaat komen. Dat wilde ik met dit album vermijden. Zonder de solide ritmesectie van de band – Mario Goosens op drums en Paul Van Bruystegem op bas – had ik een ander vertrekpunt.”
Al een kwart eeuw is de goedgeklede rocker de blikvanger van Triggerfinger, een band die zich begeeft in het harde segment van de pop. Referenties: Led Zeppelin, Queens of the Stone Age, The Hives. Zes albums levert het trio af, maar het venijn zit vooral in de onweerstaanbare liveshows. Een plek op de grootste podia en festivals is het gevolg. Paradoxaal genoeg behaalt de band het grootste succes met de melige cover I Follow Rivers van de Zweedse popzangeres Lykke Li.
Het idee om iets voor zichzelf te doen speelde al langer. Het was wachten op het juiste moment. Op de plank lagen nummers die minder geschikt leken voor Triggerfinger, maar nu rijp genoeg waren voor een eigen aanpak. Het resultaat: Looking To Glide, een verzameling van elf eigenzinnige en melodieuze indiepoptracks. En ook die verdienden een podium.
Terwijl de activiteiten van Triggerfinger op een lager pitje werden gezet (ook Goossens en Van Bruystegem pakten eigen projecten op), trok Block de stoute schoenen aan en ging met zijn soloplaat de boer op. Eerst met een volledige band, nu helemaal alleen.
“Jaja, dat is spannend. Beangstigend zelfs”, beaamt hij. “Je weet nooit van te voren hoe liedjes landen in een zaal. Je kunt thuis nog zo vaak repeteren. Vorig jaar heb ik een paar shows met band gedaan, enkele zelfs met een groot orkest. Telkens is er een andere dynamiek. Ik vind het interessant om de nummers in wisselende hoedanigheden te spelen. Deze tour is de intiemste vorm daarvan. De energie van een band is geweldig, maar solo moet je die energie verleggen. Je moet een song in zijn kracht proberen zetten. Als dat lukt, is dat fantastisch.”
Maar hoe weet je of zoiets lukt? “Dat weet je nooit zeker, het kan per avond verschillen. Natuurlijk geeft dat een bepaalde druk, ik moet het helemaal zelf doen. Ik heb geen band achter me, gebruik geen usb-stick.” Hij lacht. Voor Ruben Block geen kunstgrepen, alles is puur live. Hij pakt er een gitaar bij en wijst op de twee plug-uitgangen. “Dit gitaartje komt uit Los Angeles, je kunt er verschillende sounds uit halen. Je kunt een akoestische klank combineren met een versterkt geluid. Het is boeiend om daarmee te experimenteren. Bij zit-concerten zoals deze kun je door de intieme sfeer hard en zacht harmonieus afwisselen.”
Naast zijn solowerk heeft Block ook een aantal songs uit de Triggerfinger-catalogus geplukt. “Voor deze tour heb ik die moeten uitkleden. Het zijn dezelfde songs, ze klinken alleen anders.”
Over Triggerfinger gesproken: wat is de status van de band? Een vraag die eerder dit jaar prangend werd nadat de bassist Paul Van Bruystegem had aangekondigd de groep te gaan verlaten. De andere twee bandleden voelden zijn vertrek echter aankomen. “Het was geen donderslag bij heldere hemel. Hij was een poosje ziek geweest, zodat Mario en ik met een vervanger moesten optreden. Toeren is zeer intensief, moet je weten. In theorie klinkt het allemaal romantisch, maar in werkelijkheid is het een kwestie van reizen, weinig slapen en leven uit een koffer. Dat vergt nogal wat. Mario en ik willen dat nog steeds graag doen, maar Paul was daar klaar mee. Bovendien wilde hij andere dingen doen.”
En zo is Triggerfinger gereduceerd tot een duo. Een duo dat al weer bezig is met het schrijven van nieuw materiaal. Want de soloprojecten en het vertrek van ‘monsieur Paul’ hebben niet geleid tot het eind van de band. Integendeel, volgend jaar moet het nieuwe album van Triggerfinger verschijnen.
“Ik probeer spannende muziek te maken en wil daarin beter worden. Hoogdravende ambities heb ik niet meer, maar voel wel enige tijdsdruk. Ik ben begin vijftig en dan weet je niet hoeveel tijd je nog hebt.”
Ruben Block solo is te zien: Burgerweeshuis Deventer 19/10, Hedon Zwolle 20/10, Dru Poppodium Ulft 28/10, Luxor Live Arnhem 20/12.