De Stones waren watjes vergeleken met de veel ruigere Pretty Things. Maar het is nu mooi geweest. Ze stoppen op het hoogtepunt, zegt oprichter Dick Taylor, 75 jaar oud.
Langharig tuig. Als een band die geuzentitel in de jaren zestig mocht dragen, dan was het The Pretty Things wel. Zanger Phil May droeg het haar langer dan de vriendinnen van de Stones. Optredens waren bandeloos en genadeloos hard. Geen band had zo’n beruchte reputatie als dit zootje ongeregeld uit Londen.
Als gitarist Dick Taylor geconfronteerd wordt met de ruige superlatieven die de ‘Pretties’ destijds naar hun hoofd geslingerd kregen, begint hij te lachen. “Ja, zo was het inderdaad. We werden vergeleken met de Stones, maar die konden niet aan ons tippen. Wij waren onbeschaafder, haha. Natuurlijk waren de Stones veel succesvoller, maar dat beperkte ook hun mogelijkheden. Wij voelden geen commerciële druk en deden waar we zin in hadden.”
Van oorsprong was The Pretty Things een rafelige bluesrockband. De eerste drie singles werden bescheiden hits, maar het waren vooral de provocatieve liveshows die de tongen deden losmaken. Achter frontman May zorgde drummer Viv Prince dankzij een giftige combinatie van alcohol en drugs steevast voor chaotische taferelen op het podium.
“Viv was een geweldige drummer die uit de jazz-scene kwam. Maar hij had al snel een rockattitude aangenomen, als je snapt wat ik bedoel. Hij kon bergen geestverruimers verstouwen. Eerlijk gezegd kwam het zijn spel niet ten goede, maar sensationeel was het wel. Keith Moon, de drummer van The Who, kwam vaak naar ons kijken. Viv heeft een enorme invloed op hem gehad.”
Voor Dick Taylor was The Pretty Things niet zijn eerste bandje. Met Mick Jagger en Keith Richards had hij daarvoor al aan de wieg gestaan van wat later de grootste rockband ter wereld zou worden. Dick en Mick waren sinds het midden van de jaren vijftig boezemvrienden.
“We luisterden naar de vroege rock ’n roll, maar vooral de zwarte rhythm & blues intrigeerde ons”, herinnert Taylor zich. “Muddy Waters, Bo Diddley, Chuck Berry, dat werden onze helden. We besloten ook een band te beginnen en oefenden bij mij thuis in de achterkamer. Ik speelde gitaar en Mick zong. Mijn moeder vond toen al dat hij wat aparts had. Dat had ze goed gezien.”
Later sloten Keith Richards en Brian Jones zich aan. Aangezien de laatste slidegitaar kon spelen werd Taylor gevraagd de baspartijen op zich te nemen. Aanvankelijk vond ie dat best, maar vanwege een plek op de kunstacademie verliet hij de prille Rolling Stones en werd Bill Wyman de nieuwe bassist.
Of hij ooit spijt heeft gehad van die beslissing? “Die vraag is me vaak gesteld. Echt, ik heb nooit spijt gehad. Optreden in een stadion, dat is niks voor mij. Laat mij lekker de clubs spelen.”
Lang zonder band bleef Taylor niet. Met medestudent Phil May richtte hij kort daarna The Pretty Things op. Exact 55 jaar geleden. “Dat is meer dan een halve eeuw”, verzucht de mid-zeventiger. “We hebben zoveel meegemaakt. Een onvergetelijke ervaring was het allereerste popfestival op het eiland Wight met Jefferson Airplane en Arthur Brown. Dat was in ’68. Een jaar waarin we onze artistieke climax bereikten met het album S.F. Sorrow.”
Baanbrekend en invloedrijk. Zo kijken pophistorici nu tegen het album aan, maar destijds werd het mede door een beroerde marketing matig ontvangen. “De waardering kwam pas veel later. Toen verkocht de plaat nauwelijks, nu is het een collectors item. Het past bij het lot van The Pretty Things.”
Niet alleen muzikaal vernieuwde de band zich door de rauwe rhythm & blues te verruilen voor een smaakvolle psychedelische sound, ook introduceerde het een nieuw begrip in de popmuziek: de rockopera.
“Wij waren beïnvloed door de jazz-legende John Coltrane die met A Love Supreme een plaat had gemaakt die in feite maar uit één track bestond. Zoiets wilden wij ook. Een album produceren met een doorlopend verhaal.” Naar verluidt werden de opnames van S.F. Sorrow gedraaid op een feestje waar de leden van The Who aanwezig waren. Pete Townshend zou onmiddellijk daarna aan de slag zijn gegaan met zijn opera Tommy.
Dick Taylor berust erin. Ach ja, zo gaan die dingen. Hij is blij met de erkenning die de ‘Pretties’ tegenwoordig krijgen. En uitgerekend nu is de band bezig met haar afscheidstour. “Als het aan mij had gelegen waren we nog een tijdje doorgegaan, maar Phil trekt het niet meer. Hij heeft last van zijn longen. Tijdens de optredens merk je daar niks van, maar het reizen wordt hem te veel. Jammer, want we zijn beter ingespeeld dan ooit. Eigenlijk stoppen we op ons hoogtepunt.”
The Pretty Things Farewell Tour, Doornroosje Nijmegen 1/11, Patronaat Haarlem 2/11.