New Cool Collective viert volgend jaar het zilveren jubileum. Oprichter Benjamin Herman maakt zich op voor een bruisende lente. Tegen die tijd ziet hij ook Abraham.
Vlak voor het interview met deze krant heeft Benjamin Herman een uurtje op zijn sax geoefend. Zelf heeft hij het liever over studeren. Iets wat hij iedere dag doet. “Lijkt me logisch toch?” retourneert hij de vraag daarover. “In principe moet elke muzikant dat doen. Voor mij betekent dat iedere dag weer dat ding weer in je hoofd steken en gaan. Warm spelen, nieuwe dingen uitproberen, leuke ideetjes naar boven halen. Moet wel als je ‘in shape’ wilt blijven.”
In het restaurant van de Rotterdamse Doelen vertelt Herman ontspannen over New Cool Collective (NCC), de band die hij bijna vijfentwintig jaar geleden heeft opgericht en schertsend een ‘rare groep muzikanten’ noemt. Vorige maand verscheen hun negentiende album Electric Monkey Sessions 2.
De productiviteit van de Amsterdamse saxofonist is indrukwekkend. Zeker als je daar zijn soloplaten bij optelt. “Telkens updaten en documenteren. Dat is voor mij de waarde van een album. Als je alleen maar optredens doet, heb je uiteindelijk niks in handen. Ja, een paar eurootjes.”
“Het mooie van zo’n reeks platen is, dat je een hele ontwikkeling kunt zien. Aan al die opnames heb ik herinneringen. Soms gaan die terug naar een artiest waarmee we samenwerkten of naar een periode met te veel drank. Of een ruzie die we hadden. Zie het als een muzikaal fotoalbum van ons bestaan.”
Niet dat Herman vaak zijn oude platen terugluistert. “Nooit! Het gaat om het hier en nu. Wij kijken liever vooruit. Voor ons is het vastleggen van muziek een voorwaarde om verder te kunnen.”
Als de strak geklede saxofonist over vijfentwintig jaar Electric Monkey Sessions 2 onder ogen krijgt, zullen ook weer associaties opborrelen. “Ja vast. Ik denk zoiets als ‘gezellig, relaxt en geconcentreerd’. Een totaal andere sfeer dan bij de plaat die we eerder dit jaar met de Big Band (NCC met een uitgebreide blazerssectie) opnamen. Dat was druk, complex en hectisch. En duur. We hadden nauwelijks budget voor Electric Monkey Sessions 2.”
De tien tracks van het nieuwe album werden in vier dagen in de Amsterdamse Electric Monkey studio opgenomen. “Dat gebeurde op de ouderwetse manier: met z’n allen rond een grote microfoon. Spelen, opnemen, klaar. Daardoor heeft deze plaat een heel andere klank gekregen. Natuurlijk blijft NCC in de basis een jazzband, maar vandaaruit schiet het alle kanten op. Onze muziek is zeer divers. Latin, Afrikaans, ska, pop – je hoort er van alles in terug. En dat komt omdat de bandleden allemaal uit een andere hoek komen.”
“Ik ben een jazzman, maar onze percussionist Jos de Haas is een liefhebber van Afrikaanse muziek. Gitarist Rory Ronde komt uit de R&B-wereld en drummer Joost Kroon weer uit de popscene. Zo ontstaat vanzelf een de mix van stijlen die kenmerkend is voor NCC.”
Benjamin Herman raakte op jonge leeftijd in de ban van de jazz. “Aanvankelijk wilde ik drummer worden, maar de ska van Madness en The Specials bracht me bij de saxofoon. En als je je in dat instrument gaat verdiepen, kom je vanzelf bij jazz uit. Daar vind je de beste saxofonisten.”
Liefde op het eerste gezicht was het niet. “Oh nee. Ik weet nog dat ik voor het eerst een plaat van Charlie Parker hoorde. Helemaal niks vond ik dat. Wat een lelijk geluid. En van John Coltrane begreep ik ook geen barst. Maar ja, bijzonder was het wel. Dus ga je die platen toch weer opzetten en opnieuw beluisteren. Langzamerhand ga je het dan snappen.”
Een jazzpurist is Herman nooit geworden. “Gelukkig niet. Niemand in NCC is dat. Je moet die er ook niet bij hebben, want een echte jazzpurist zou zich erg ongemakkelijk voelen bij ons. Wij staan open voor andere stijlen, of dat nou house is met DJ Roog, pop met Chef’Special of mainstream met Guus Meeuwis.”
Met Meeuwis stond NCC in een uitverkocht PSV-stadion. Ook namen ze met hem het album Hollandse Meesters op. “Enkele leden van de band hadden hun bedenkingen. En dat is goed, ieder mag zijn mening ventileren. Je weet dat er in de jazzwereld mensen zijn die de neus ophalen voor Guus. Maar we hebben de twijfelaars over de streep getrokken. Niemand heeft er spijt van. Integendeel.”
2018 wordt een bijzonder jaar. Een zilveren jubileum voor NCC. “Heet een 25-jarig bestaan zo? Best een goeie albumtitel: Zilver. We gaan het zeker vieren, hoe weten we nog niet.” En hun toeterende frontman wordt vijftig. “Tja, ik vind het onwerkelijk. Vroeger vond ik mensen van die leeftijd stokoud. Nu word ik het zelf. Maar ik wil productief blijven. Ben alweer bezig met drie nieuwe albums.”
New Cool Collective: Hedon Zwolle 15/12, Luxor Live Arnhem 5/1, Doornroosje Nijmegen 6/1, Underground Lelystad 13/1, Burgerweeshuis Deventer 26/1.