Vijf jaar na het laatste album verschijnt deze maand de lang verwachte opvolger. Folkmetalband Heidevolk is terug met een nieuwe plaat, toepasselijk getiteld ‘Wederkeer’.
Natuurlijk, Wederkeer had allang onder ons moeten zijn. Maar ja, die pandemie hè? De mannen van Heidevolk willen die periode het liefst zo snel mogelijk vergeten. Je kon niks, je mocht niks. Geen shows, geen festivals, zelfs geen studiowerk. Ze probeerden twee livestreams, maar dat was het niet. Er kwam geen energie terug. Heidevolk heeft het publiek nodig, zonder die interactie slaat de boel dood als bier in een vette koehoorn.
In de repetitieruimte hebben zich vijf van de zes bandleden verzameld. Arnhem is de thuisbasis – wie een beetje z’n best doet ziet vanuit het pandje de Nederrijn voorbijstromen. De gitaren staan klaar in de aanslag, het imposante drumstel oogt als een onneembare vesting. Weldra zullen gloednieuwe liederen als Klauwen Vooruit en De Strijd Duurt Voort de trommelvliezen teisteren. Tenminste, als je oortjes in hebt. De geluidsisolatie van het oefenhok is kennelijk nog niet zover dat er op volle oorlogssterkte gespeeld kan worden.
Want het kan hard gaan bij Heidevolk. Zoals het een ware metalband betaamt. En toch zijn ze in die wereld een buitenbeentje. Niet alleen omdat ze in de Nederlandse taal zingen, maar ook vanwege terugkerende thematieken als Germaanse mythen, legendes van de Veluwe en respect voor de natuur. Heidense hardrock, zeg maar.
“Voor Wederkeer hebben we gebivakkeerd in een prehistorisch dorp bij Lelystad”, legt Rowan ‘Roodbaert’ uit. “We zaten rond een kampvuur en stelden ons de vraag: wat nu, hoe verder?” Zanger Jacco ‘Bühnebeest’: “We hebben het over van alles en nog wat gehad. Soms zongen we. Met gitaar en bier binnen handbereik.”
De beschouwingen in het oerdorp leverden de basis voor het nieuwe album. Wederkeer, een veelomvattend begrip dat in hun geval staat voor terugkeer naar de natuur en de geschiedenis van de eigen omgeving. Je zou het kunnen opvatten als een subtiele aanklacht tegen de hedendaagse mentaliteit: terug naar een wereld die niet gedomineerd wordt door sociale media en polariserende meningen. Het resultaat is een dozijn nummers dat als overkoepelend thema het Germaanse runenschrift heeft.
Roodbaert, verantwoordelijk voor beukende bassen, is het langst dienende lid van Heidevolk. Vanaf de oprichting, 21 jaar geleden, is hij betrokken bij de band. Gitarist Mat ‘Snaerenslijper’, zanger Daniël ‘den Dorstighe’ en drummer Kevin ‘Houtsplijter’ zijn de meest recente aanwinsten. Over de auditie die hij drie jaar geleden moest doen vertelt Snaerenslijper: “De eerste vragen die me werden gesteld gingen over onderwerpen als natuur, mythen, geschiedenis. Of ik daar affiniteit mee had. Nou, daar kon ik duidelijk over zijn: als 12-jarige luisterde ik naar het album Batavi van Heidevolk. Man, ik was gelijk verkocht.”
Opmerkelijk aan Heidevolk is de mondiale reikwijdte. Ondanks hun uitgesproken voorkeur voor eigen taal en regio beschikt de band over een wereldwijde fanschare. Soms lijkt het alsof die in Zuid-Amerika groter is dan in de eigen provincie. Het heeft mede te maken met de interesse voor het type muziek, dat ook wel als pagan- of Vikingmetal door het leven gaat. In Scandinavië, Duitsland en Italië lusten ze er wel pap van. Heidevolk is daar een begrip.
Gitarist Koen ‘Vuurdichter’ hierover: “We vertellen verhalen en die worden opgepikt. Waar we ook spelen. We merken het in Zuid-Amerika, Italië en Rusland – ook al verstaan ze je niet letterlijk, ze snappen wat je bedoelt. Tijdens onze shows zijn band en publiek een eenheid.”
Metal vermengd met historische ingrediënten, het is een bijzondere combinatie. Bij Heidevolk zie je het terug in de presentatie. Ruwe bolsters met een koehoorn als bierpul in de hand. Maar ook muzikaal deinst het collectief er niet voor terug om snoeiharde metal te verbinden met folkinstrumenten als violen, hoorns en davuls (traditionele trommels).
De duo-zang van Bühnebeest en Den Dorstighe is een andere troef. Heroïsche mannenvocalen die de ontberingen van het barre verleden bezingen. Bühnebeest: “Het is tamelijk uniek wat wij doen, in ons genre komt dit weinig voor. Daniël en ik zijn twee gelijkwaardige zangers en zingen als het ware met een mond. Daarvoor moet het natuurlijk wel goed klikken, anders werkt het niet.”
En zo maakt Heidevolk zich op voor het komende seizoen. Alle tracks van het nieuwe album worden gerepeteerd, oude klassiekers als Saksenland en Het Gelders Volkslied krijgen een opfrisbeurt. Arnhem krijgt de primeur, daarna trekt de karavaan verder. België, Oostenrijk, Italië, Mexico. Op het verlanglijstje staan Japan en de VS.
“We zijn al zeven jaar niet meer in Noord-Amerika geweest. Het wordt weer hoogtijd”, verzucht Roodbaert. “Het is fijn dat we onze fans weer tegemoet kunnen treden. Vier het feest met ons. We hebben elkaar nodig.”
Heidevolk is te zien: Luxor Live Arnhem (23/2) en Baroeg Rotterdam (24/2).
Het album Wederkeer komt vrijdag 24/2 uit.