Loading...
Interviews

De zere plek van Fiction Plane

fictionplane

Misschien is het verstandig om hem er niet direct mee te confronteren. Beter pas aan het eind van het gesprek. Maar het hete hangijzer zal hoe dan ook getoucheerd moeten worden. Doodzwijgen is onmogelijk. Want hoe je het ook wendt of keert: Joe Sumner, zanger/bassist van de Engelse rockband Fiction Plane, is en blijft de zoon van Gordon Sumner. In de volksmond beter bekend als Sting.

Het is allemaal wel begrijpelijk. Ben je al elf jaar actief met je eigen rockband, heb je drie platen gemaakt – word je toch iedere keer weer doorgezaagd over je vader. Dus beginnen we over Fiction Plane en hun laatste album Sparks.

“We laten ons moeilijk categoriseren, denk ik. Natuurlijk, Fiction Plane is een rockband, maar zonder een duidelijke identiteit”, vertelt Joe Sumner. Hij doelt daarmee op het afwisselende geluid van Sparks, de plaat die werd opgenomen in New York. “Ja man, dat was wat. We hadden een goedkope studio gehuurd in een kelder op Manhattan. Er lag overal vuilnis en het was er steenkoud. We konden maar een ding doen: krachtig en langdurig spelen om op temperatuur te blijven. New York stinkt, het is smerig en duur, maar iedere keer is het een geweldige stad om te verblijven.”

De opnames in The Big Apple leidden tot een verrassend goed album, dat met name in het tweede deel een andere kant van Fiction Plane laat horen. Songs als Tommy en Russian LSD wijken nogal af van de radiovriendelijke ska-beat Two Sisters, de grootste hit van de driekoppige band tot nu toe. “We beginnen met popsongs die lekker in het gehoor liggen, om daarna over te stappen op het meer experimentele werk. Je zou de plaat kunnen zien als een avonturenreis. We vinden het leuk om de mensen te verrassen, maar we willen zelf ook verrast worden. En dat is met deze plaat gelukt.”

Het staalharde Tommy zal bij menigeen de wenkbrauwen gefronst hebben. “Zeker weten. Sterker, we kregen het advies om het niet op de plaat te zetten. Nou, voor ons een reden om het juist wel te doen. We zijn altijd fans geweest van rockbands als Queens Of The Stone Age en dat hoor je er in terug. Niet dat we daarop doorgaan, we zijn altijd snel uitgekeken op een bepaald genre.”

Een ander opvallend lied is Telephone Unknown, dat herinneringen oproept aan Sparks, de band uit Los Angeles die in de jaren zeventig hits had met This Town Ain’t Big Enough for Both of Us en Amateur Hour. “Nou je het zegt. Geweldige band was dat, nog steeds eigenlijk. Ik wilde iets doen met een gecompliceerd basloopje en daar kwam dit uit. Een toevallige samenloop van omstandigheden”, zegt  Sumner met een knipoog naar de titel van de cd.

Fiction Plane speelde in stadions en op festivals. Drie jaar terug waren ze te gast op het hoofdpodium van Pinkpop. “Optreden voor een groot publiek hebben we nooit problemen gevonden. Stel je voor dat je voor één persoon moet spelen, dat is pas moeilijk”, dolt de 35-jarige Sumner. “Maar de shows in Nederland zijn altijd bijzonder. Ik weet niet wat dat is, wanneer je ook komt, er heerst altijd een positieve energie.”

Goed, lang genoeg om de hete brij heen gedraaid. Gordon Sumner. Het is even stil. Een zucht. “Of ik het vervelend vind als dit onderwerp aan de orde komt? Ja. Het is niet relevant voor waar ik nu mee bezig ben en als de mensen iets over hem wil weten dan kijken ze maar op Wikipedia. Ach ja, natuurlijk ben ik trots op hem, maar er zijn momenten waarop ik zou willen dat we niet verwant waren.”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *